Oorlogswonden
Er was een jonge, mooie dame die vrijwilligerswerk
deed in een weeshuis in Afrika. Terwijl ze naar het
vliegveld reed, op weg naar huis, kwam ze frontaal
in aanrijding. Het was een zeer ernstig ongeval.
Haar gezicht was vanaf haar voorhoofd langs haar oog
tot aan haar kin weggesneden. Er waren honderden
hechtingen nodig om de wond te dichten. Ze was een
mooie vrouw, ze zag eruit als een model. Nu was haar
gezicht veranderd, het was permanent bang. Nadat het
was genezen, maakten mensen zich zorgen over haar
gevoel van eigenwaarde, hoe ze ermee om zou gaan.
Tot hun grote verbazing werd ze niet verbitterd, ze
was niet depressief, ze was dankbaar dat ze nog
leefde. Ze wist dat ze haar leven had kunnen
verliezen. Dat gebeurde enkele jaren geleden. Nu
gaat ze soms zonder make-up de deur uit. Ze probeert
het litteken niet te bedekken. Ze draagt het met
trots, ze is gezegend dat ze leeft.
We hebben allemaal een vijand die ons altijd dingen probeert op te leggen om ons te vertragen. Hij zou ons vermoorden als hij kon. We gaan allemaal door deze gevechten in het leven die littekens achterlaten op ons lichaam en op onze ziel. We hebben allemaal strijdlittekens. Sommige zijn heel duidelijk, andere niet. We verliezen een echtgenoot. We verliezen een kind. Er wordt ons verteld dat we kanker hebben. We hebben soms veel littekens. We kunnen ook verborgen littekens hebben; Die op onze ziel zitten. Niemand kan ze zien, maar we weten dat ze er zijn. We voelen ze elke dag. We maken veel dingen mee in dit leven en we krijgen veel littekens van de strijd, die altijd bij ons zijn. Er is nog een persoon die veel littekens in de strijd heeft. Zijn naam is Jezus. Hij heeft littekens van de nagels in Zijn handen en voeten. Hij heeft een litteken van de speer in Zijn zij. Hij heeft 39 zweepslagen op zijn rug. Hij heeft littekens op Zijn hoofd van de doornen. Toen Jezus uit de dood werd opgewekt, had hij een heel nieuw lichaam kunnen hebben. Maar die littekens zijn voor ons. Ze laten ons zien dat Hij stierf voor iedereen, voor onze zonden en onze strijdlittekens. Hij is de Grote Genezer. Hij stierf niet alleen voor onze zonden, Hij stierf ook voor ons lichaam. Hij stierf voor al onze littekens. Niemand kan ons troosten of onze littekens wegnemen, zoals onze Heer. Wanneer Hij ons geneest, neemt Hij onze pijn weg, al onze littekens die we zien, maar ook voor degenen die niemand anders kan zien. Tijdens de opstanding krijgen we een nieuw lichaam, een lichaam zonder littekens. Er zijn geen littekens in de hemel, behalve Jezus. Het maakt niet uit, onze strijdlittekens, ze zullen ons niet vertragen. We zullen al Gods plannen voor ons leven vervullen. ––––––––––––––––––––––––– Nieuwe King James-versie 1 Korintiërs 15:51 Zie, ik vertel u een mysterie: we zullen niet allemaal slapen, maar we zullen allemaal veranderd worden... 52* in een oogwenk, in een oogwenk, bij de laatste bazuin. Want de bazuin zal klinken, en de doden zullen onvergankelijk opgewekt worden, en wij zullen veranderd worden. 53* Want dit vergankelijke moet onvergankelijkheid aandoen en dit sterfelijke moet onsterfelijkheid aandoen. 54* Dus wanneer dit vergankelijke onvergankelijkheid heeft aangedaan en dit sterfelijke onsterfelijkheid heeft aangedaan, dan zal het gezegde geschieden dat geschreven staat: "De dood is verzwolgen in overwinning." |