Een woord over leven en dingen


           

 

Stuur eerst Juda

        Juda was de vierde zoon van Lea en Jacob. Juda kwam tussenbeide namens Jozef, zodat zijn leven werd gespaard; toen zijn broers hem in een put gooiden. Juda deed een beroep op de Egyptische prins (Jozef) om hem als slaaf vast te houden in plaats van zijn jongste broer. Juda is ook degene die de weg bereidt voordat zijn vader Jozef gaat ontmoeten en zich in Gosen gaat vestigen.

      Juda toonde in zijn optreden voor Jozef in Egypte ware adel. Hij had zijn broer verkocht, maar hij was bereid om verkocht te worden, zelf voor de jongste broer. Dus toen Ruben zijn geboorterecht verbeurde door incest, Simeon en Levi door doodslag, ontving Juda, de volgende oudste, van Jakob de beste zegen van de oudste zonen. De "leeuw", de koning der dieren, is Jakobs beeld voor Juda; daarna was het zijn standaard, met het motto "Sta op, Heer, laat Uw vijanden worden verstrooid." David en Jezus, evenals Jozef en Maria, kwamen uit het geslacht Juda.

      Toen Israël ten oorlog trok, vroegen ze aan God wie als eerste naar boven moest gaan. God zei dat we eerst Juda moesten sturen. Juda betekent Lof. God zei dat je eerst je lof moet zenden. We moeten danken voor alles in ons leven. We danken God niet voor de slechte dingen, we danken dat God onze situatie onder controle heeft. We prijzen Hem eerst voordat we iets van Hem vragen. Als we Hem prijzen, verheffen we Hem en plaatsen we Hem voor onszelf. Onze lof gaat voor ons uit omdat onze God onze strijd voor ons voert.


      Nieuwe King James-versie
1 Thessalonicenzen 5:18 dank in alles; want dit is de wil van God in Christus Jezus voor jou.

      Nieuwe King James-versie
Psalm 100:4 Ga in Zijn poorten met dankzegging, en in Zijn voorhoven met lofprijzing. Wees Hem dankbaar en zegen Zijn naam.
 5 Want de HEERE is goed; Zijn barmhartigheid is eeuwig, en Zijn waarheid is van generatie op generatie.

      Nieuwe King James-versie
Richteren 1:1 Na de dood van Jozua geschiedde het dat de kinderen Israëls de HEERE vroegen, zeggende: "Wie zal de eerste zijn die voor ons optrekt tegen de Kanaänieten om tegen hen te strijden?"
 2 En de HEERE zei: "Juda zal optrekken. Ik heb het land inderdaad in zijn hand gegeven."

      Nieuwe King James-versie
Richteren 20:18 Toen stonden de kinderen van Israël op en gingen naar het huis van God om God te raadplegen. Ze zeiden: "Wie van ons zal als eerste ten strijde trekken tegen de Benjaminieten?" De HEER zei: "Juda eerst!"