Een woord over leven en dingen


           

 

buitenlanders

       Tamar, Rachab, Ruth en Bathseba werden genoemd in de genealogie van Mattheüs. Er was Tamar (Thamar), de moeder van Perez en Zerah. Rachab was een 'hoer' of, volgens sommigen, een 'herbergier'. Ze verborg de twee spionnen van Israël en werd door hen gered. Rachab was de moeder van Boaz. Ruth was weduwe. Ze trouwde met Boaz en was de moeder van Obed. Bathseba was de vrouw van Uria en had een affaire met David. Ze was de moeder van Salomo. Deze vier vrouwen waren de voorouders van David en onze Messias, en ze waren allemaal buitenlanders.

      Sinds het begin der tijden heeft de mensheid groepen, stammen en landen gevormd. We denken dat we beter zijn dan onze buren, andere stammen en andere landen. Sommige mensen hebben gezegd dat we zouden moeten zijn zoals de Amerikaanse Indianen. Ze waren zo vredig en konden goed opschieten met de andere stammen. Maar de waarheid is dat de mensheid altijd oorlogen heeft gevoerd met hun buren en andere landen en dat de Indianen niet anders waren. Toen de lente aanbrak, bereidden ze zich voor op oorlog.

      We zijn tegenwoordig niet veel anders. We voeren nog steeds oorlogen in een handomdraai. We houden niet van andere mensen omdat ze anders zijn dan wij. We houden niet van alle buitenlanders die onze buurt of ons land binnenkomen.

      God nam deze vier vrouwen op, ongeacht wat voor soort personen ze waren, in de lijn van Jezus. Hij liet ons zien dat Hij iedereen in Zijn Koninkrijk omvat. Er zijn geen buitenlanders in het Koninkrijk van God. We zijn allemaal kinderen van God. Hij sluit niemand uit. Hij zegt alleen dat hij moet komen. Wie er ook komt. We zijn geen buitenlanders; wij zijn Zijn kinderen.


      Nieuwe King James-versie
Mattheüs 1:3 Juda verwekte Perez en Zerah bij Tamar, Perez verwekte Hezron en Hezron verwekte Ram.
 4 Ram verwekte Amminadab, Amminadab verwekte Nahesson en Nachson verwekte Zalm.
 5 Zalm verwekte Boaz bij Rachab, Boaz verwekte Obed bij Ruth, Obed verwekte Isaï,
 6 En Isaï verwekte koning David. De koning David verwekte Salomo bij haar, de vrouw van Uria.

      Nieuwe King James-versie
Openbaring 22:17 En de Geest en de bruid zeggen: "Kom!" En laat hij die het hoort zeggen: "Kom!" En laat hij die dorst heeft komen. Wie wil, laat hem het water des levens vrijelijk nemen.
 
      Nieuwe King James-versie
Johannes 3:16 "Want God had de wereld zo lief dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat iedereen die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.